Dit artikel is een samenvatting van aflevering 005 van Air Waves, opgenomen op 25 september 2024 bij ITMOTR Radio. Je kunt de audio beluisteren via Spotify of het volledige gesprek terugkijken via YouTube.
Glenn over pionieren, crews en de noodzaak van plekken voor een nieuwe generatie.
Een kamer, een cassettebandje, en funk en disco op de radio; de soundtrack van dat moment. Tot er begin jaren tachtig iets nieuws door de speakers klinkt: Sugarhill Gang - Rapper’s Delight. Niet gezongen, maar gesproken. Ritme in woorden, beats met attitude. Die eerste kennismaking met hiphop slaat in als een bom. Het is een nieuwe wereld die zich opent. In Twente was nog geen hiphopscene. Er waren geen platgetreden paden, alleen nieuwsgierigheid.
“We hadden geen blueprint,
maar we hadden wel honger.”
Van Rapper’s Delight tot Enforces
In de begindagen draait alles om uitproberen. Glenn is elf, misschien twaalf, als hij voor het eerst in aanraking komt met hiphop. Samen met een groep vrienden uit Enschede ontstaat de rap crew Enforces. Er wordt geschreven, gerepeteerd en opgetreden waar het maar kan. De scene was hecht, de rivaliteit tussen Enschede en Hengelo vriendelijk, maar scherp. “Die spanning hoorde erbij,” vertelt hij: “Het duwde je vooruit.” In 1987 staat de crew ineens in de finale van het Nederlands Kampioenschap in Paradiso. Ze haalde de tweede plek. Dat had niemand verwacht van een groep jongens uit het oosten. Maar daar stonden ze, tussen acts uit de Randstad en niemand kon om ze heen.
Altijd Fresh: bouwen, delen en doorgaan
Na Enforces volgt AF Crew, Always Fresh en Ultimate Alliance. De vibe verandert niet, maar groeit juist. Meer mensen sluiten aan, meer kruisbestuiving. Een centrale figuur in die periode is Stef Bruinsma, beter bekend als Dj en Producer Cooly D. “Stef was technisch gezien de beste DJ die ik kende. We leerden zoveel van hem: scratchen, mixen, feeling.” Crews waren geen afgesloten bolwerken, maar stromende collectieven. De vibe was open, onderzoekend en gretig. Beats werden gedeeld, ervaringen uitgewisseld. Each one teach one, iedereen is leerling en maker tegelijk. Het collectieve gevoel is sterk. Niet uit romantiek, maar uit noodzaak. Een multidisciplinaire benadering was typerend voor de beginperiode. Rappen, breaken, graffiti, DJ’en, iedereen probeerde alles. Niet omdat het moest, maar omdat het kon. “Je wist nog niet wat bij je paste, dus je deed alles. En dat maakte de scene rijk.”
Graveyard Posse: rauw, hecht en echt
In de Molukse wijk in Rijssen ontstond een andere crew: Graveyard Posse. De naam komt letterlijk van de straat, één van de leden, Anthony Alberto woont aan een weg die grenst aan een begraafplaats. Zo eenvoudig is het. De groep bestaat uit een hechte kern vrienden. Jack Elwuar, Api, Benjamin Vlijt, Daniel Vlijt, Kenneth Letsoïn, Jeffrey Spalburg en Lloyd Terborg, alias LTH. Lloyd verhuist van Amsterdam naar Enschede en brengt als producer een nieuwe lading en energie in het collectief. Alles gebeurt samen: muziek maken, shows draaien, groeien in het moment.
”De stijl was puur, ongeslepen en eerlijk.
Geen commerciële polish, maar overtuiging.
Het was echt wat we voelden.”
Vrouwen aan de frontlinie
Tijdens een oefensessie in een buurthuis ontmoet Glenn zijn vrouw Jasmin. Ze is onderdeel van de meidengroep LA6. Ze rapt daar zelfverzekerd en met overtuiging; ’’Ik was meteen onder de indruk.” In die tijd was het heel normaal dat vrouwen actief waren in de scene. “Het gaf status als je een vrouwelijke crewmember had, dat was stoer.” Bij battles en optredens was het publiek vaak gelijker verdeeld tussen mannen en vrouwen dan tegenwoordig. Naast Jasmin worden namen genoemd als Natasha Munster (Fresh Witness), Def Ladesh (Ultimate Alliance) en zangeres Sherelle uit Almelo. Makers met eigen stijl en stem. Zonder hen was het verhaal incompleet.
Van microfoon naar draaitafels
De overstap van rap naar DJ’en ontstaat bijna vanzelf. Grote voorbeelden als DJ Cash Money en Jazzy Jeff laten zien wat er kan. En wat eerst begint met een paar simpele draaitafels, groeit uit tot een nieuwe vorm van expressie. “We hadden geen goede apparatuur, maar daardoor leer je het echt.” Hiphop blijft de basis, maar er komt ruimte voor house en elektronische invloeden. In het begin voelt dat nog als vreemd terrein, maar het lonkt. De liefde voor geluid, ritme en sfeer blijft overeind, alleen de vorm verandert. "Hoewel het toen niet cool was om house en hiphop te combineren, vond ik house stiekem ook heel interessant," lacht hij. "Tijdens showcases zoals die van Ultimate Alliance deelden we vaak het podium met house-acts waardoor er organisch kruisbestuiving voor mij ontstond." En dat opende de deuren naar nieuwe muzikale ontwikkelingen voorbij de hiphop scene.
De scene nu: oude en nieuwe generaties
Wat hij vooral mist aan de huidige muziekscene in Twente, is de ruimte voor jongeren om hun talent te ontwikkelen, zoals hij dat destijds kon. "We hadden buurthuizen, jongerencentra zoals Siësta in Hengelo, Maar ook podia hadden een actievere rol in hiphop programmeringen zoals Ohio (later ’t Bölke), Atak en de oude Metropool (Wemenstraat, Hengelo) " vertelt hij. "Nu hebben jongeren die plekken veel minder. Er is te veel focus op commercialisering, wat het moeilijker maakt om te beginnen en meters te maken."
Glenn spreekt de wens uit om de verbinding tussen oudere en jongere generaties te versterken. "We hebben zoveel verhalen en ervaringen om te delen. Het zou geweldig zijn om die kennis over te dragen aan de jongeren die nu opgroeien met hiphop. De poppodia zouden meer ruimte moeten bieden aan de jongere generatie. Niet alleen kansen, maar letterlijk de ruimte, zoals wij die vroeger hadden. Want zonder plek, geen groei.”
Meer lokale Twentse hiphop content? Volg ons op Instagram! Vanaf 22 augustus is de gratis DIY-zine beschikbaar bij de Air Waves Expo in Oogst, Hengelo. Reserveer hier alvast je exemplaar!
No comments.